Wij proberen ons voedselbos op te zetten als een zeer divers ecosysteem dat zoveel mogelijk voor zichzelf leert zorgen. Plagen en ziekten zullen er zijn, maar je probeert het systeem zo 'op te voeden' dat het daar zelf mee leert omgaan. Dat betekent in veel gevallen dat je juist niet ingrijpt als het mis dreigt te gaan.
Een voorbeeld daarvan heb ik de afgelopen weken proberen in beeld te brengen. In de bosrand naast het openbare pad staat een vlier. En die vlier werd een aantal weken geleden belaagd door luizen. Niet een paar luizen, maar echt HEEL VEEL luizen. Dat zag er ongeveer zo uit.
En dat dan op ieder topje en onder ieder bloesemscherm. Arme vlier, zul je denken. De luizen leven van het sap van de plant. En schijnbaar is dat lekker.
Maar luizen zijn dat zelf ook. Tenminste, dat vinden andere leden van het voedselbos. Al snel hadden we het lieveheersbeestje gespot. En die was niet in zijn eentje.
Die laatste foto heb ik wat groter neergezet, zodat je goed kunt zien wat die twee aan het doen zijn. Juist ja. Dat betekent dat er alleen maar meer lieveheersbeestjes komen. Maar eerst zijn dat larven. En larven van lieveheersbeestjes hebben maar één doel: groeien. En dat doe je door vooral genoeg te eten. Goed nieuws voor de vlier dus. De week erna keken we nog eens goed.
Zie je hem zitten? Dat is zeg maar de 'rups' van het lieveheersbeestje. En ook hij was niet in zijn eentje. Op de volgende foto's is het misschien even zoeken, maar je ziet de larven op jacht.
Dit is plaagbestrijding in optima forma.
Afgelopen vrijdag liep ik langs de vlier en zag dat hij vrijwel schoon was geworden van luizen.
Mooi he, zo'n ecosysteem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten